Conflict

 

In Palestina liggen de wortels van het Jodendom, ook al was de meerderheid van de Joden er al door de Romeinen verdreven. Volgens de Joods-Oostenrijkse activist en journalist Theodor Herzl (1860-1904) was de enige oplossing voor het antisemitisme en geweld waar Joden in Europa aan het eind van de negentiende eeuw voortdurend mee te maken hadden, het stichten van een eigen staat. In een eigen staat zouden Joden niet langer in de minderheid zijn en niet langer worden geminacht. In Palestina was altijd een kleine groep Joden blijven wonen, maar volgens Herzl moesten dat er spoedig meer zijn.

 

Herzls ideeën sloegen aan bij de Europese Joden. Groot-Brittannië maakte daar tijdens de Eerste Wereldoorlog gebruik van. In een poging de Joden aan hun kant te krijgen, beloofden de Britten in 1917 er alles voor te doen om in Palestina ‘een nationaal tehuis voor het Joodse volk’ te geven. Toen de Britten na de oorlog het gezag over Palestina kregen, konden ze dat waarmaken.  Er vestigden zich steeds meer Joden in Palestina. Onder de Palestijnen groeide het verzet tegen deze kolonisatie. De Palestijnen waren bang voor hun eigen positie in het land. Dit leidde in de jaren twintig al tot veel botsingen. Toen Hitler in 1933 in Duitsland aan de macht kwam, groeide het aantal Joodse kolonisten nog verder en daarmee ook het verzet van de Palestijnen.

 

Ook in de jaren daarna wisten de Britten de onrust in het land niet te sussen. Daarom wilden ze het gezag over Palestina overdragen aan de Verenigde Naties. Die kwamen in 1947 met een oplossing: het grondgebied zou worden verdeeld. Er zou zowel een Israëlisch als een Palestijns gebied komen. Plaatsen waar voornamelijk Joden woonden, zouden Joods gebied worden. En gebieden waar Palestijnen de meerderheid vormden, zouden Palestijns worden.


In heel Palestina woonden op dat moment meer Palestijnen dan Joden. Toch kregen de Joden met het oog op toekomstige Joden die in het land zouden wonen, meer land toebedeeld dan de Palestijnen. De Joden accepteerden dit verdelingsplan, de Palestijnen niet.

Toen de Britten zich officieel terugtrokken, riep Israël zichzelf uit tot onafhankelijke staat. De strijd veroorzaakte veel ellende voor de Arabieren. Israël kreeg een groter gebied onder controle dan hen in het VN-verdelingsplan was toebedeeld. In 1949 werd de strijd gestaakt. Maar er was nogsteeds geen vrede. De onrust bleef. De Arabische landen erkenden de staat Israël niet. Op 10 juni 1976 had Israël zijn territorium nog verder uitgebreid. Het Israëlische leger bezette de Gazastrook en de westelijke oever van de Jordaan, waar voornamelijk Palestijnen.Behalve de Gazastrook zijn deze gebieden tot op de dag van vandaag nog bezet. Ze staan nog steeds onder militaire controle. Tot grote woede van de Palestijnen begon Israël vanaf eind jaren zestig in de bezette gebieden Joodse nederzettingen te bouwen. Vooral op de Westelijke Jordaanoever kwamen veel Israëlische dorpen en steden. Er wonen vaak zeer religieuze Joden die vind en dat Israël recht heeft op de westoevers omdat dat in de Bijbel staat.


Als reactie op de bezetting en de bouw van deze nederzetting en braken regelmatig ongeregeldheden en gevechten uit. Ook pleegden Palestijnen aanslagen op Israëlische doelen en burgers. De Palestijnen wilden ook een eigen staat. Daarom verenigden verschillende Palestijnse militaire en politieke groepen zich tot de Palestijnse Bevrijdingsorganisatie (PLO). Het oorspronkelijke doel was het bevrijden van heel Palestina. Israël wilde niet met de PLO onderhandelen, en de PLO weigerde de staat Israël te erkennen. Israël beschouwde de Palestijnen niet als een onafhankelijke partij in het conflict, en ontkende daarmee hun recht op een eigen staat.Dit veranderde pas in 1993. In de Oslo-akkoorden erkenden beide partijen elkaar voor het eerst. Israël zou zich uit delen van de Palestijnse gebieden terugtrekken en de zeggenschap aan de Palestijnen overlaten. De Palestijnen zouden afstand doen van geweld en terreur. Maar het lukte de beide partijen echter niet om hun afspraken na te komen. In 2001 kwam er een eind aan deze onderhandelingen. Ook latere vredesvoorstellen blijven steeds steken.